
Acerca de

Novum Milites Francorum
Novum Milites Francorum beeldt de periode van de Vroege middeleeuwen uit waarin ons land onder het bewind van de Karolingische keizers viel. Wij hebben onze uitbeelding gesitueerd in het jaar 825 AD, als Lodewijk de Vrome de scepter zwaait. In het gebied dat nu Nederland is, woonden mensen van verschillende afkomst: Friezen, Saksen en de Franken. Deze bevolkingsgroepen maakten allemaal deel uit van het Karolingische rijk. Er bestonden verschillen in gebruiken en cultuur, maar in de regel was de gewone man bezig te overleven en lijken grote conflicten toch vaak over macht en geld te gaan dan over etniciteit of geloof.
Sterker nog, de kleine verschillen werden zelfs erkend in de wetgeving. Ieder volk binnen het
Karolingisch rijk had namelijk zijn eigen set wetten. Wij kiezen ervoor Franken uit te beelden, maar
een Friese of Saksische invloed is zeker welkom. Zelfs een Syrische handelaar is niet ondenkbaar in
dit gebied.
Onze uitbeelding is van oorsprong een militaire. Mannen in het Karolingische rijk werden geacht om
middels dienstplicht en bijbehorende bewapening belasting te betalen. Deze dienstplichtigen
dienden zich, mits opgeroepen, in mei te verzamelen op een door de koning aangewezen plaats.
Bovendien dienden ze zich te bewapenen en bevoorraden met voorgeschreven wapens en proviand.
Naast deze dienstplichtigen waren er ook beroepssoldaten, de Milites. Rijke of vooraanstaande
Edelen, bisschoppen of abten sponsorden vaak een groep van deze elitesoldaten om te dienen als
bescherming of ten dienste van het rijk. Deze manschappen werden rijkelijk voorzien van vaak uniforme
uitrusting, zodat de andere vooraanstaanden de ogen uitgestoken kon worden met de kwaliteit van
de manschappen.
Behalve de militairen zijn er in een legerkamp altijd meereizende ambachtslieden, handelaren en
andere non-combattanten te vinden. Ook werden er verschillende diensten aangeboden.
Wasvrouwen en smeden, karrendrijvers en schildverkopers deden allemaal hun voordeel met het
reizende leger.